Vlaming, wat is dat?

Bestond het woord 'vlaanderen' vóór het woord 'Vlaming'? De Angelen hebben Engeland gebaard, de franken Frankrijk, maar Congo de Congolezen, amerika de Amerikanen en Afrika de Afrikaners. Professor René Verdeyen van de Universiteit van Luik hield in de Koninklijke Vlaamse Akademie voor Taal en Letteren enkele lezingen over het ontstaan van Vlaanderen en Vlaming, wat vermoedde hij in 1943? Kroniekschrijvers vertellen rustig dat Vlaanderen komt van Flandbertus, neef van de Frankische koning Clodio. Flandbertus zou de derde overgrootvader zijn van een Rhinardus, gedood door Liederik de Buk die te Harelbeke langs de Leie het beroep uitvoerde van forestier van Vlaanderen. De vrouw van Liederik heette Flandra of Flandrina. Ook haar naam werd verondersteld aan de streek te zijn gegeven. Flandbertus, Flandrina kunnen wie van fraaie legenden houdt, allicht bevredigen. Daarmee weten we nog niet of daaruit etymologisch een Vlaming is te halen. Hebben de Romeinen het woord de wereld ingevoerd? Aldus beweert een taalkundig monnik uit van Vlaanderens oudste burchsteden, Oudenburg. Hij schrijft dat hij in 'Vlaanderen' het latijnse werkwoord 'Flare' hoort. Waaien, beweging en gebaar van wind en vloed die regelmatig over een effen vlakte zwaaien. Flatibus ( wind ) en Fluctibus ( golf ). We kunnen nog een andere Latijnse stamboom inkruipen; Flamen, een heidens priester, of Flaminica, een afgodenpriesteres. Flaminium betekent priesterschap, priesterlijke bediening.

Een zekere Meyerus ( 1491-1552 ), vader van de ''Annales Flandriae'' wilde lang doen geloven dat Flandriae hetzelfde betekent als polders, vroeger vla-en 9enkelvoud vla). Van vlaen en phlaen tot het Griekse pléme. Professor Jozef Vercouillie will als Oostendenaar van de Friezen hebben. In die taal is een vlame een vluchteling. Ook professor Van ginniken vertrekt vanuit het oud-Fries fléma, roven, vluchten. In dokumenten uit het eerste kwart van de 8ste eeuw komen flandrensis, Flanderenses in Flandris voor. de naam Flamningos in 883. Dit laaste staat te lezen in het Toponomisch woordenboek van België, Nederland, Luxemburg, Noord-frankrijk en west-duitsland (voor 1226) van de gedegen en briljante Maurits gysseling. aan dit werk uit 1969 ging in 1948 een studie aan vooraf van dezelfde vorser, geschreven in samenwerking met professor J. Dhondt van de Gentse Universiteit. de oorspronkelijke pagus Vlaanderen (pagus = pays = land) was een strook polder met bezuiden een smalle zoom diliviale grond. Deze pagus wordt vermoed de Aa als westelijke grens te hebben gehad, hetzij Kales, en als oostelijke de monding van het Zwin. In de Latijnse teksten komt de Germaanse naam Vlaming, Vlaanderen niet voor. Wel Flandris en Flandrenses. de Oud-Noren gewagen van een Flaemingjaland, land van de Vlamingen. Eern Flaemingr was een Vlaams zwaard. hetOud-Engels kent Fleminga Land. Dat Vlamingen zich in engeland hebben gevestigd bewijzen Flemingtuna en Flemingby, dorp van de Vlamingen. In het Chanson de Roland staat het vers ' des Flamens est en des barons de Frise'. In het Oud-Iers heet een vlaming een Plémenn, in het Middel-hoogduits een Vlaeminc.

Het Germaanse flauma duidt o.m. een overstroomd gebied aan. Flauma werd flam en hij die tot een moerassig gebied behoort wordt dan Flaming. ook een stuk vochtig land, schor, slik, moeras wordt een vlaming geheten. De Vlamingstraat te Brugge betekent niet de straat van éém Vlaming, maar van een lage, waterig grond waarheen ze leidde. Bezuiden Berlijn heet een hele streek trouwens ook de Fläming, maar dat is weer een ander verhaal.

Kortom, dit is iets wat niemand ooit met zekerheid zal kunnen achterhalen.