De invloed van het Afrikaans op het Zuid-Afrikaans Engels


Op syntactisch en lexicaal vlak ondergaan het Afrikaans en het Nederlands tegenwoordig grote invloed van het Engels. Dit zou een voorspelbaar gevolg zijn van de innigere contacten over en weer tussen de toenemend verengelsende werelden van de massamedia, de handel en de wetenschap. Maar wie denkt dat bij deze veelvuldige contacten het Afrikaans en het Nederlands altijd aan het kortste eind trekken komt bedrogen uit. Immers, in Zuid-Afrika wordt er nog maar zelden Engels gesproken zoals men dat in Groot-Brittanni van uitgeweken Engelsen zou verwachten, en dat Zuid-Afrikaans Engels is danig door het Afrikaans - en in mindere mate door het het Nederlands benvloed.

De eerste grote Engelstalige emigratie naar Zuid-Afrika vond plaats toen de zogeheten 1820-Settlers, de Setlaars, de Oost-Kaap vanaf de kust binnentrokken. Dit waren aanvankelijk zon 4000 Engelsen die zich aan de oostelijke grens van de Kaap de Goede Hoop gevestigd hadden. De trots van deze Engelse stam is Grahamstown, of Grahamstad, in de Provincie Oost-Kaap. Het is een stad met een kleine bebouwde kom, maar met veel oppervlakte en boerderijen rondom (struisvogels, agaves, vee). Grahamstad ligt even noord-westelijk van de evenzo Engels opgezette stad Port-Elizabeth. In het hartland van het eertijdse Zuurveld gelegen werd de stad al in 1812 gesticht als militaire nederzetting door kolonel John Graham. Ze kan bogen op de Rhodes Universiteit. Grahamstad heeft in het stadscentrum een enorme kathedraal. Ter ere van de 1820 Setlaars staat er op een heuvel het Settlers Monument, dat een mooi gebouw is dat dienst doet als theater waar allerlei uitingen van kunst ten beste gegeven worden. Het kunstzinnige karakter van Grahamstad wordt ook elke winter benadrukt door het Standard Bank Grahamstown Arts Festival. Dit kan als de Engelstalige evenknie van het jaarlijkse Klein Karoo Nasionale Kunstefees op Oudtshoorn beschouwd worden.

Voor de rest van het artikel.. klik op de schakel.