Ongewild schiep de mens IJssel en Lek


In de Romeinse tijd veranderde de loop van de Rijn ingrijpend. Ontwatering en ontbossing leidden tot de geboorte van Lek en IJssel.



Nederland gezien vanuit het ruimtestation ISS. In de reflectie van het zonlicht tekent de rivierendelta zich scherp af tegen het donkere land.


Wie op Google Maps kijkt, ziet ze samenkomen net buiten Rotterdam: de Hollandse IJssel vanuit het noordoosten, de Lek (opgegaan in de Nieuwe Maas) iets daaronder uit het oosten. De kades langs de rivieren zijn volgebouwd: een penitentiaire inrichting, een jaloezieënfabriek, diverse cafés. Niets verraadt dat hier, in het benedenstroomse deel van de Rijn-Maasdelta, zo’n 2.000 jaar geleden een dicht moerasbos stond.

De Hollandse IJssel bestond nog niet, de Lek evenmin. En als het aan de natuur gelegen had, waren ze zelfs nooit ontstaan, schrijven vier Utrechtse fysisch geografen deze week in het wetenschappelijke tijdschrift Geology. Zij tonen aan dat de beide rivieren aan het begin van onze jaartelling ‘per ongeluk’ ontstonden door menselijke activiteit: de Hollandse IJssel vanaf 100 na Christus, de Lek vanaf 300 na Christus. Door ontwatering van het veen en door bovenstroomse boskap werden lokale kreken steeds groter, en verdween de veenbodem onder een pakket slib. Daardoor kon zich makkelijk een 30 kilometer lange doorsteek vormen van de Rijn naar de zuidelijker gelegen Maas.

Het Utrechtse onderzoek is onderdeel van ‘The Dark Age of the Lowlands in an interdisciplinary light’, een interdisciplinair project waarbij fysisch geografen, archeologen en biologen samenwerken aan een reconstructie van Nederland op de overgang van de Romeinse tijd naar de Middeleeuwen. Juist vanaf de Middeleeuwen was er steeds vaker sprake van door mensen geďnitieerde ‘avulsies’: wijzigingen van rivierlopen, bijvoorbeeld door de aanleg van dijken of het graven van kanalen. Maar voor die tijd beďnvloedden mensen de rivieren dus ook al.

Moerasbos

Rond 2.000 jaar geleden was het drassige moerasbos op de plek van het huidige Rotterdam onbewoonbaar, maar aan de randen van dat veenmoeras woonden wél mensen, blijkt uit archeologische opgravingen. Ze groeven sloten om de veenbodem te ontwateren, die daardoor ging inklinken. Aan de oostkant van het moeras drongen overstromingsgeulen van de Rijn steeds verder het gebied in. De al aanwezige getijdekreken werden door de menselijke activiteit tegelijkertijd steeds groter en dieper, waardoor er nóg makkelijker rivierwater het gebied in kon dringen. Zodoende kwam er steeds meer water van de Rijn (die aanvankelijk via Utrecht en Leiden naar Katwijk stroomde en daar uitmondde in zee) in het veengebied terecht. Uiteindelijk vormden de overstromingsgeulen één geheel met de kreken in het veen. Daaruit ontstonden Hollandse IJssel en de Lek.





Historische rivierenloop in Nederland NRC Opvallend genoeg waren dit de eerste waterlopen in 3.000 jaar die erin slaagden het uitgebreide moerasbos te doorkruisen. De dichtopeengroeiende elzen hielden het rivierwater aanvankelijk voldoende tegen. Door de menselijke ingrepen was die natuurlijke beschoeiing niet langer afdoende. Binnen een paar eeuwen veranderde een groot gedeelte van de delta: doordat via de twee nieuwe rivieren steeds meer water vanuit de Rijn naar de Maas stroomde, verzandde de Oude Rijn. Vooral de Lek was hierbij belangrijk; die ontstond een paar eeuwen later dan de Hollandse IJssel, en was iets korter en breder. Het tijdstip van riviervorming hebben de onderzoekers bepaald aan de hand van artefacten en C14-dateringen van het veen.

Niet alleen menselijke activiteit ín het veengebied was van invloed op het ontstaan van de waterlopen. Ook boskap stroomopwaarts langs de Rijn speelde mee: erosie zorgde voor extra sediment in de rivier. Dat kwam via de overstromingsgeulen in het veengebied terecht, en drukte de bodem nog verder naar beneden. Juist vanwege de vlakke topografie konden kleine veranderingen in de hoeveelheid slib al zorgen voor grootschalige veranderingen in de delta, schrijven de Utrechters.

De onderzoekers concluderen in hun artikel dat zulke processen ook in moderne delta’s elders kunnen plaatsvinden, bijvoorbeeld bij de Mekong, de Ganges en de Mississippi. Wanneer een avulsie eenmaal in gang is gezet door menselijk handelen (bijvoorbeeld grondwaterwinning en bijkomende bodemdaling) kan dat een kettingreactie in gang zetten. Zeker in dichtbevolkte gebieden kan dat – in combinatie met zeespiegelstijging en overlast door orkanen – ingrijpende gevolgen hebben.