Page 1 of 5 12345 LastLast
Results 1 to 10 of 41

Thread: Nederland en de leugens van de energietransitie

  1. #1
    Veteran Member The Lawspeaker's Avatar
    Join Date
    Feb 2009
    Last Online
    11-05-2023 @ 04:45 AM
    Meta-Ethnicity
    Celto-Germanic
    Ethnicity
    Dutch
    Ancestry
    Brabant, Holland, Guelders and some Hainaut.
    Country
    Netherlands
    Politics
    Norway Deal-NEXIT, Dutch Realm Atlanticist, Habsburg Legitimist
    Religion
    Sedevacantist
    Relationship Status
    Engaged
    Age
    36
    Gender
    Posts
    70,127
    Thumbs Up
    Received: 34,729
    Given: 61,129

    0 Not allowed!

    Default Nederland en de leugens van de energietransitie

    'Snel nieuwe regels nodig voor elektrische voertuigen als e-steps en Segways'


    'Snel nieuwe regels nodig voor elektrische voertuigen als e-steps en Segways'



    Stints, oxboards, e-bikes, Trikkes, Segways: op de openbare weg rijden steeds meer bijzondere voertuigen. Dat zorgt ook voor gevaarlijke situaties. Tegelijkertijd leiden de regels die er nu zijn voor de voertuigen tot verwarring. Zowel fabrikanten als verzekeraars willen meer duidelijkheid van het ministerie.


    "We weten nu bijvoorbeeld niet aan welke keuringseisen we moeten voldoen", zegt Pieter Dekker, bestuurslid van de brancheorganisatie voor elektrische voertuigen DOET. Importeur Robbert Albers voegt toe: "Het is niet duidelijk waar de grens ligt van wat wel en wat niet mag. We komen er bijna niet meer uit."


    Er komen steeds meer nieuwe elektrische voertuigen bij en de huidige regels voldoen niet meer, zegt het Verbond van Verzekeraars. "De regels komen uit de vorige eeuw. Die moeten worden herzien en weer eenduidig worden gemaakt. Mensen moeten weten waar ze aan toe zijn", zegt directeur Richard Weurding.


    De bijzondere bromfiets

    Hoe gaat het nu in zijn werk? Als iemand een nieuw voertuig op de openbare weg wil krijgen, komt er een verzoek aan het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Dat bepaalt óf het de weg op mag en zo ja, als wat: een 'fietsachtige', een groter motorvoertuig of een (bijzondere) bromfiets.


    Een elektrische fiets kan bijvoorbeeld in de categorie 'fietsachtige' vallen. Dan hoeft hij alleen aan de permanente eisen zoals een bel, licht en een stuur te voldoen om de weg op te mogen. Maar de laatste jaren komen er steeds meer nieuwe voertuigen bij die niet zo duidelijk in een categorie passen.
    Dat begon allemaal met de Segway, een tweewieler met een hoog stuur. Toen die werd geïntroduceerd waren er nog geen regels voor dat soort voertuigen. Die waren er alleen voor (brom)fietsen en auto's. Daarom bedacht het ministerie tien jaar geleden een nieuwe categorie: de bijzondere bromfiets.




    Als het ministerie een bijzondere bromfiets afwijst, dan mag het nog steeds gewoon verkocht worden. Het voertuig mag dan officieel alleen op eigen terrein worden gebruikt. Er is dan in principe geen instantie die kijkt of het voertuig veilig is.


    Bij bijzondere bromfietsen die wel in aanmerking komen voor gebruik op de openbare weg, kan het ministerie ervoor kiezen het voertuig te laten testen door de RDW. Die geeft het ministerie dan een keuringsrapport over de technische (veiligheids)aspecten.


    Op dit moment zijn er vijftien bijzondere bromfietsen toegestaan op de openbare weg. De Stint zat daar tot voor kort ook bij, maar die is niet meer toegestaan. Na een ongeluk met de elektrische bakfiets, waarbij in september vier kinderen om het leven kwamen, besloot de minister de Stint te verbieden.


    Volgens de verzekeraars gebeuren er met elektrisch vervoer regelmatig ongelukken. "De diversiteit in het verkeer neemt door al die nieuwe voertuigen enorm toe. Mensen hebben moeite om in te schatten wat zo'n ding nou kan, hoe snel het gaat. Daardoor kunnen gevaarlijke situaties ontstaan", zegt Weurding.


    Dekker van brancheorganisatie DOET benadrukt dat veiligheid ook voor ondernemers voorop staat. "Wij streven hetzelfde na als de minister. We willen ook graag met de minister om tafel om te praten over deze voertuigen, maar daar wachten we inmiddels al jaren op. En sinds het ongeluk met de Stint staat alles stil."


    Consumenten weten nu vaak niet of ze nou wel of niet de openbare weg op mogen.

    Richard Weurding, Verbond van Verzekeraars
    Dat de regels van het ministerie onduidelijk zijn, daar zijn de fabrikanten en verzekeraars het over eens. Ze vinden het hoog tijd dat het ministerie de wetgeving herziet. "Het ministerie moet daarin het voortouw nemen, dat bepaalt tenslotte hoe we hier in het verkeer met elkaar omgaan", zegt Weurding.
    Want ook voor consumenten is volgens hem nu veel onduidelijk. "Die weten vaak niet of ze nou wel of niet op de openbare weg mogen, of ze verplicht zijn een kenteken te hebben of dat ze voor het voertuig een verzekering moeten hebben. De ene keer wel, de andere keer niet. Dat moet echt anders."


    Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat laat weten dat er een advies aankomt van de RDW en verkeerswetenschappers. Dat wachten ze af voor ze meer duidelijkheid kunnen geven.



    Wake up and smell the coffee.


  2. #2
    Veteran Member The Lawspeaker's Avatar
    Join Date
    Feb 2009
    Last Online
    11-05-2023 @ 04:45 AM
    Meta-Ethnicity
    Celto-Germanic
    Ethnicity
    Dutch
    Ancestry
    Brabant, Holland, Guelders and some Hainaut.
    Country
    Netherlands
    Politics
    Norway Deal-NEXIT, Dutch Realm Atlanticist, Habsburg Legitimist
    Religion
    Sedevacantist
    Relationship Status
    Engaged
    Age
    36
    Gender
    Posts
    70,127
    Thumbs Up
    Received: 34,729
    Given: 61,129

    0 Not allowed!

    Default Nederland en de leugens van de energietransitie

    PZEM, Borssele en 2 of 3 nieuwe kerncentrales

    Submitted by WISE on Wed, 01/03/2017 - 15:34



    Met de moed der wanhoop probeerde het bedrijf er vanmorgen nog wat van te maken; het enige niet-verkochte onderdeel van Delta NV heet weer Provinciale Zeeuwse Energie Maatschappij (PZEM) en dat werd 'gevierd' door een vlag met het nieuwe logo te hijsen voor het hoofdkantoor in Middelburg. "Bewezen en betrouwbaar" is het motto van het nieuwe bedrijf. En dat getuigt absoluut van een bijzonder gevoel voor humor.

    De PZEM is voor de helft eigenaar van de verlieslatende (en daarom vaak stilstaande) gasgestookte Sloecentrale en van de verlieslatende kerncentrale Borssele. De Provincie Zeeland en alle Zeeuwse gemeenten samen zijn aandeelhouder van de PZEM. De gezonde delen van het eens zo trotse Zeeuwse energiebedrijf Delta zijn verkocht en met de opbrengsten (zo'n 900 miljoen euro) worden de komende jaren de twee verlieslatende centrales overeind gehouden. Waarom? Omdat de aandeelhouders de kerncentrale niet failliet mochten laten gaan in de periode dat het oude Delta - daartoe gedwongen door de regering - werd opgesplitst. Nu hopen de aandeelhouders dat de kerncentrale na het jaar 2021 weer wat winst gaat maken.

    Of dat gebeurt en of dat voldoende zal zijn om het geld, dat de komende jaren opgebrand wordt in de centrale, weer terug te verdienen? Tja, wie zal het zeggen. De aandeelhouders hebben verwoede pogingen gedaan het "blok aan het been, de kerncentrale Borssele", tot een landelijk probleem te maken waarvoor de Rijksoverheid met financiële steun over de brug zou moeten komen. Maar de regering en de regeringsfracties in de Tweede Kamer hadden niet zo'n zin om met publiek geld een verouderde en verlieslatende kerncentrale overeind te houden. Overigens zinspeelt de Provincie Zeeland op een nieuwe poging; nu de aandeelhouders netjes hebben gedaan wat er wettelijk vereist werd en wat de landelijke politiek vroeg kunnen ze over een jaar bijvoorbeeld alsnog de kerncentrale failliet laten gaan. In Nederland wil niemand de centrale overnemen, en het is uitgesloten dat een buitenlandse partij hem zou mogen kopen. Als de centrale sluit blijft er wel een forse rekening liggen: er is nog lang niet genoeg geld opzij gezet om de centrale te kunnen ontmantelen.

    De Zeeuwse aandeelhouders rekenen er op dat dat probleem alsnog vanzelf op het bordje van de Rijksoverheid komt te liggen. Maar in een van vele debatten over 'de kwestie Borssele' lieten de Ministers Dijsselbloem en Kamp er geen misverstand over bestaan; als de kerncentrale failliet gaat zijn de aandeelhouders nog niet failliet, die moeten de dan nog openstaande rekeningen maar ophoesten. Er is immers een wettelijke verplichting voor de (eigenaren van) de kerncentrale om jaarlijks voldoende geld opzij te zetten om aan het einde van de rit de ontmanteling te kunnen betalen. De grote vraag blijft: wanneer eindigt de rit....?


    Het moet voor de werknemers van de PZEM een vreemde gewaardwording zijn: terwijl het geld dat verdiend is met het verkopen van wel gezonde delen van Delta nu opgefikt gaat worden in de kerncentrale (hoe lang nog..?) komt 'Vereniging Nucleair Nederland' doodleuk met het pleidooi voor de bouw van nog eens 2 of 3 nieuwe kerncentrales, liefst ook in Borssele.

    De huidige kerncentrale lijdt forse verliezen en nergens ter wereld worden nieuwe centrales gebouwd zonder forse subsidies van de overheid en dus staan in het pleidooi van de verzamelde nucleaire lobby deze prachtige zinnen: "Nucleair is uniek in de lange bouwtijd in combinatie met de grote investeringen die vooraf nodig zijn, waarbij de terugverdientijd relatief lang is en de risico’s voor de private investeerders dus groot zijn....de maatschappij en de politiek kunnen steun bieden door het accommoderen van financiële constructies, zoals in bijvoorbeeld in Finland met financiering door de toekomstige gebruikers of zoals in het Verenigd Koninkrijk met het afdekken van prijs variaties". Gelukig heeft de Zeeuwse krant, de PZC, de afgelopen jaren veel bijgeleerd; in een glashelder commentaar wordt het opgeworpen balletje uit de lucht geschoten: De visie van de VNN moet met een korreltje zout worden genomen. De vereniging met leden als EPZ en Covra is duidelijk bevooroordeeld, met een groot vertrouwen in de ontwikkeling van de nucleaire techniek. De VVN noteert wel dat er nog langdurig onderzoek nodig is om tot veiligere en schonere kerncentrales te komen, maar de conclusie staat al vast. Als de maatschappij de kosten maar wil dragen, dan lukt het.

    Uit kiezersonderzoek blijkt overigens dat een flinke meerderheid van de Nederlandse bevolking wil dat Borssele eerder dan gepland sluit. Zelfs een meerderheid van de achterban van partijen als het CDA, de PVV en de VVD hebben er wel genoeg van en vinden dat Borssele dicht moet.

    Wilt u weten hoe de politieke partijen denken over het al dan niet eerder sluiten van Borssele of het bouwen van nieuwe kerncentrales? WISE heeft een mooi overzicht gemaakt.



    Wake up and smell the coffee.


  3. #3
    Veteran Member The Lawspeaker's Avatar
    Join Date
    Feb 2009
    Last Online
    11-05-2023 @ 04:45 AM
    Meta-Ethnicity
    Celto-Germanic
    Ethnicity
    Dutch
    Ancestry
    Brabant, Holland, Guelders and some Hainaut.
    Country
    Netherlands
    Politics
    Norway Deal-NEXIT, Dutch Realm Atlanticist, Habsburg Legitimist
    Religion
    Sedevacantist
    Relationship Status
    Engaged
    Age
    36
    Gender
    Posts
    70,127
    Thumbs Up
    Received: 34,729
    Given: 61,129

    0 Not allowed!

    Default

    'Behandeling kankerpatiënten in het geding door stilvallen reactor Petten'

    Door het stilleggen van de reactor in Petten komt de zorg voor kankerpatiënten in het geding. Dat zegt voorzitter Marcel Stokkel van de vereniging voor nucleaire geneeskunde tegen

    De reactor werd vorige week uitgeschakeld vanwege een lek. Het is onduidelijk wanneer de productie hervat kan worden, maar als de reactor nog lang buiten werking blijft heeft dat gevolgen voor mensen wereldwijd. Kankerpatiënten, maar ook bijvoorbeeld mensen met een schildklieraandoening, zijn voor hun behandeling afhankelijk van de isotopen die gemaakt worden in Petten.


    Nog niet levensbedreigend

    Nu de productie een paar dagen stilligt, merken Nederlandse ziekenhuizen de gevolgen al. Zoals het Antoni van Leeuwenhoek, waar Marcel Stokkel werkt als nucleair geneeskundige. Daar kon vandaag de behandeling van een patiënt niet doorgaan omdat een bepaald isotoop niet geleverd kon worden.

    De situatie is nu nog niet levensbedreigend, benadrukt Stokkel. Maar hij maakt hij zich wel zorgen. "Het is wel zo dat hoe langer je de behandelingen uitstelt, hoe meer zo'n tumor de kans krijgt om te groeien."

    Ook bij het Universitair Medisch Centrum Utrecht zijn er zorgen. Het ziekenhuis heeft nu nog geen last van het stilleggen van de reactor in Petten, maar vreest dat dit nog wel gaat gebeuren.


    Wereldspeler

    Wereldwijd zijn er zes producenten van isotopen. Petten is daarbij een belangrijke partij: 40 procent van de wereldproductie komt uit het dorp. "Veiligheid gaat uiteraard voor alles, maar zomaar zo'n belangrijke speler in het veld stilleggen, dan heb je alleen maar verliezers", aldus Stokkel.

    De timing is ook nog eens erg ongelukkig. Want een reactor in Canada werd onlangs gesloten en ook in Zuid-Afrika en Australië ligt de isotopenproductie op dit moment stil. Petten ving deze klappen juist op.


    Nieuwe reactor

    "Als de reactor nog lang buiten werking blijft, komen patiënten in levensgevaar", waarschuwt Stokkel. Hij vindt het tijd voor actie.
    "Er zijn steeds incidenten in Petten. Er moet als de wiedeweerga een nieuwe reactor worden gebouwd. Maakt niet uit waar, zolang het maar in Nederland is. Die kennis waar wij zo beroemd om zijn, moeten we in eigen huis houden."



    Wake up and smell the coffee.


  4. #4
    Veteran Member The Lawspeaker's Avatar
    Join Date
    Feb 2009
    Last Online
    11-05-2023 @ 04:45 AM
    Meta-Ethnicity
    Celto-Germanic
    Ethnicity
    Dutch
    Ancestry
    Brabant, Holland, Guelders and some Hainaut.
    Country
    Netherlands
    Politics
    Norway Deal-NEXIT, Dutch Realm Atlanticist, Habsburg Legitimist
    Religion
    Sedevacantist
    Relationship Status
    Engaged
    Age
    36
    Gender
    Posts
    70,127
    Thumbs Up
    Received: 34,729
    Given: 61,129

    1 Not allowed!

    Default Nederland en de leugens van de energietransitie


    De Wilpse Kleipolder bij Deventer tijdens extreem hoog water; een situatie die vroeger veel voorkwam en tegenwoordig door noodmaatregelen beter in de hand kan worden gehouden. (Foto Paul Paris Les Images)

    Eeuwenoud Nederlands landschap bijna verdwenen

    Pleidooi voor oud vakmanschap voor rendabel behoud

    Het Nederlands landschapsbeheer is eeuwenoud. De IJslandse schrijver Snorri Sturluson schreef er al over in zijn Egils saga (tussen 1220 en 1240), waarin onder meer een tocht van de Vikingen wordt beschreven die in het Nederlandse kustgebied terecht kwamen.


    De viking Egill Skallagrímsson, afgebeeld in een manuscript van Egils Saga in de 17e eeuw, stuitte in ons land op sloten en bruggen die konden worden weggetrokken.De website Vikingen in Stavoren citeert de Engelse tekst (hier de vertaling):


    “Het land was effen, vlakke velden overal, doorsneden door dijken vol met water [dijken met sloten]. (…) Daarover waren bruggen en planken gelegd.”

    Er volgden schermutselingen en daarin kwam Egil alleen te staan. De Friezen hadden de bruggen over de sloten weggehaald. Maar het lukte hem langs de bosrand naar zijn schip terug te keren. Het verhaal wordt aangehaald in het voorwoord van Oogst van de Veenlandschappen, een fraai uitgevoerd boek over de Nederlandse cultuurhistorie en bijna vergeten beheertechnieken voor opbrengst van erf en terrein. Het is één van de vier delen in de reeks Oogst van de Landschappen van Hilde Huizenga.


    Landschappelijke duizendpoot

    Hilde E.A. Huizenga (1956) is een landschappelijke duizendpoot. Ze komt uit een Groninger boerenfamilie, rondde verschillende studies af, waaronder de middelbare landbouwschool, de tuinbouwschool en de opleiding voor journalistiek. Ze werd journalist/publicist en hield zich daarbij bezig met infrastructuur, cultuurhistorie, land- en bosbouw en natuur.

    In 1993 startte ze een eigen bureau in Maarn, het communicatiebureau Peredour voor landschap, infrastructuur en cultuurhistorie. Opdrachtgevers waren onder mee Rijkswaterstaat, Staatsbosbeheer, de provincies, de waterschappen en de ministeries van Economische Zaken, Verkeer en Waterstaat (nu Infrastructuur en Milieu) en Buitenlandse Zaken. Tegenwoordig bestiert ze naast haar journalistieke werk ook de familieboerderij in het dorp ’t Zandt in Noord-Groningen.


    Naslag over landschap

    In 2010 kreeg Huizenga van het ministerie van Economische Zaken de opdracht een publieksvriendelijke reeks naslagwerken samen te stellen over het waarom achter ons landschap. Waarom verschillen de landschappen, waarom is een Drentse houtwal anders dan een Twentse, hoe moet je een boom behandelen om er sterk hout af te krijgen, hoe bewaar je de diverse producten, hoe krijg je duizend kilo appels aan een boom, waarom verschilt de verkaveling zo? Zoals alom wordt aangenomen is er immers geen vierkante meter Nederlandse bodem die niet ooit door menselijke hand is aangeraakt. Het resultaat is een bijzonder gevarieerd landschap, dat zich door de eeuwen heen liet vormen door de kennis van boeren en ontginners, die streefden naar het zo efficiënt mogelijk beheren van de grond die voor een zo hoog mogelijke opbrengst zou moeten zorgen. Grond moest geld opleveren.
    Huizenga bouwde daarover in de loop der jaren een archief op en werkte veel samen met een minstens even grote bron, Dirk Perdijk. In het onderdeel historische geografie ondersteunden de historisch-geografen Hans Renes, Theo Spek en Guus Borger. Verder is geput uit de literatuur. Die overigens vaak niet toereikend was, zodat er talloze interviews met oude bewoners ten grondslag liggen aan de informatie in Oogst van de Landschappen.



    Veenbrand bij Emmen rond 1920. Zo’n sluipende, smeulende brand onder het aardoppervlak was bijna niet te blussen en kon maanden aanhouden.

    Oude technieken bijna vergeten


    Huizenga constateerde dat veel van die oude technieken verloren zijn gegaan of op het punt staan vergeten te worden. Natuurlijke stromen werden recht gemaakt, al dan niet in het kader van ruilverkaveling. Heggen werden vervangen door prikkeldraad. Hout kopen we bij de Gamma in plaats van onze eigen bomen te verzagen en voor nieuwe aanplant te zorgen. Schaalvergroting moest zorgen voor efficiëntere landbouw. Projectontwikkelaars en landschapsarchitecten maken nieuwe structuren zonder zich erin te verdiepen waaróm oude landschappen zo werden aangelegd zoals ze werden aangetroffen. Soms heeft dat fatale gevolgen: de waterhuishouding blijkt toch anders dan op papier werd aangenomen, oude boomsoorten gaan verloren, landschappen worden onherstelbaar vernield.
    “Al die planten en dieren die we hier hadden tot de jaren zestig, zijn wél afgekomen op ons cultuurlandschap zoals het toen was”, zei ze vorig jaar in dagblad Trouw.


    “Het wemelde van de fazanten, hazen, patrijzen, weide- en akkervogels, kikkers, uilen; in sommige veengebieden zag het paars van de kievitsbloemen. Maar als je sloopt en hekken neerzet met prikkeldraad, ruilverkavelt, ruigtes omploegt, watersystemen naar je hand zet, en dankzij kunstmest overal goed renderende monoculturen gaat telen, dan moet je niet gek opkijken dat je veel dieren en planten kwijt raakt.”

    Nog drie procent over

    Volgens Hilde Huizenga staat nog maar drie procent van de eeuwenoude Nederlandse landschapselementen overeind.


    “Veel cultuurhistorisch groen sneuvelt. Niet alleen in de landbouw, maar ook omdat het door landschapsarchitecten en natuurbeheerders niet wordt herkend. Het is geen onwil, maar een gevolg van een gebrek aan kennis van onze landschapselementen. Het beleid is gericht op veiligheid, kostenbesparing en natuur. En omdat men de landschapselementen niet herkent en geen kennis heeft van technieken die moeten worden gehanteerd, sneuvelt er veel meer dan nodig is. Dat is pijnlijk. Er wordt bijvoorbeeld in het natuurbeheer ingezet op doelsoorten en daarbij delft groene cultuurhistorie nogal eens het onderspit. Met een ander beheer valt het vaak wèl te behouden…”

    Doel van haar boekenreeks is niet om ‘het landschap van 1900 weer terug te halen’.

    “Ik hoop de lezers zo bij het landschap te betrekken dat ze zich voor het behoud gaan interesseren en meewerken aan de zorg voor karakteristieke elementen. Beroepsgroepen die aan het landschap werken – beheerders, landschapsarchitecten, bestuurders van de groene ruimte en particulieren, en ook studenten van het groene onderwijs – kunnen de doorslag geven.”

    Oude technieken

    Bij de behandeling van de natuurlijke elementen waren de historisch geografen Hans Renes en Theo Spek betrokken. En verder haalde ze veel uit literatuur, ‘maar de praktijk vind je daarin maar mondjesmaat. De technieken werden overgedragen van vader op zoon. Voor hen immers zijn de behandeling, maten, materialen en hoeveelheden vanzelfsprekend’.
    Ze doorkruiste Nederland van oost naar west en noord naar zuid. Ze speurde naar oude boeren, vaklieden, landgoedeigenaren en landarbeiders.

    ‘Kortom, ieder die we op het spoor kwamen en die ons wat kon vertellen is ondervraagd over de wijze waarop men vroeger hun landschap beheerde en ervan oogstte’.
    Ze beschreef haar bevindingen in vier fraaie, rijk geïllustreerde boekwerken met de verzameltitel Oogst van de Landschappen, uitgevoerd in een indrukwekkend formaat (31x 21,5x 3cm; ca. 350 pagina’s). De reeks bestaat uit: Veenlandschappen, Rivieren en Kust (klei en duinen), Zandgronden en Krijtlandschap (in Limburg).



    Het zijn werken met een schat aan informatie. Elk boek begint met een kaart van de bodemopbouw van Nederland en de verdeling van het grondwater. Die zijn kenmerkend voor de mogelijkheden voor het gebruik van het oppervlak: de vruchtbaarheid van de grond, de landbouwtechnieken en de uiteindelijke opbrengst. Dan volgt een uitvoerige beschrijving van de kenmerken van de grondsoort van het desbetreffende deel: zand, klei, duin, veen of krijt. Vervolgens wordt ingegaan op het historische gebruik sinds de Middeleeuwen en volgt een beschrijving van de typerende landschapselementen in de respectievelijke streeklandschappen.

    In het volgende hoofdstuk wordt ingegaan op de vergeten landschapselementen zoals heidense relikwieën, dodenakkers, galgenbergen, kruisen, jaagpaden, schansen, bolwerken, tiend- en dodenwegen, aardappel- en ijskelders en nog (heel) veel meer. Nadat we gewezen zijn op de voorkomende landschapselementen, gaat Huizenga over tot instructies voor het beheer.


    Veenlandschappen

    Hilde Huizenga beschrijft in Oogst van de veenlandschappen hoe onze voorouders hun grond ‘verbluffend hebben leren kennen om er maximaal van te oogsten’. Het leverde veel verschillende landschappen op en ’fascinerende, bijna vergeten technieken’ voor de inrichting van de verschillende gebieden.

    Rond het begin van de jaartelling was het gehele land door het veen bedekt. De zeespiegel steeg, de lage delen konden uiteindelijk hun water niet meer kwijt, de planten belandden onder water en verteerden niet meer in de zuurstof- en bacterieloze omgeving. In de loop van de eeuwen groeiden de veenlagen steeds verder aan, zodat laag- en hoogveen te onderscheiden was, met elk weer eigen vruchtbare eigenschappen. Ontginningen door middel van waterbeheer (molens!) en dijken zorgden voor de typische structuren in het landschap.



    Knuppelpad in het Buurserveen (Twente).

    Door het veen werden vaak voetpaden aangelegd van stammetjes. In de ondergrond worden soms onvermoede vondsten gedaan.Veengebieden bevinden zich in het gehele land, maar overal hadden ze een andere ontwikkeling, en daarmee gebruik. In Drenthe zijn veenlijken gevonden – gewurgd, onthoofd, verdronken of opgehangen, in mogelijk een godsdienstig ritueel, maar ook zorgvuldig neergelegd en bewaard dankzij het zuurstofloze en zure milieu. In het veen kijkt men niet op een turfje, en turf was dan ook een belangrijke brandstof; ik zie een oom nog turf steken en een tante haar oven voeden met plakken. De Drentse Hoofdvaart werd gegraven om die turf te vervoeren.

    Ook de IJsselmeerpolders worden in het boek tot de veengebieden gerekend. Hoewel de bodem tegenwoordig bestaat uit een mengsel van zand en klei, bevond zich op die plek lang geleden een uitgestrekt laagveenmoeras, dat werd afgebroken toen de (Zuider)zee er steeds meer toegang kreeg.

    Het beheer van landschapselementen komt in alle boeken terug. Het maakt namelijk per streek veel verschil welke vorm een element – dus een boom, een boomgaard, een weg, een watersysteem, een perceel en een wal – moet hebben. Steeds moet rekening worden gehouden met de bedoeling van het landschapselement, de grondsoort, de hoeveelheid en kwaliteit van het water, de weersinvloeden, de gewenste oogst en het tijdstip ervan, welke hoogten van belang zijn, hoe en op welke plek de plant vroeger werd neergezet en of de gewenste beplanting al dan niet uit de toon valt met de omgeving. Het lijkt vanzelfsprekend, maar de praktijk wijst anders uit.

    Een gat in een heg kan gemakkelijk worden opgevuld; vaak kan een oude boom nieuw leven worden ingeblazen. Palen hoeven niet geïmpregneerd te worden; er zijn natuurlijke vervangingsalternatieven met dezelfde levensduur. Insecten hoeven niet per se met chemische middelen te worden bestreden; het insmeren van de stammen met kalk helpt ook. In een overzicht van de ‘bomen en struiken’ worden ook aanwijzingen gegeven voor aanleg, beheer en snoei; zelfs de fluweelboom en de Robina worden niet vergeten, terwijl de wilg al sinds de prehistorie vele toepassingen kent.



    Aangeslibd land in Zeeland, bijna gereed voor inpoldering. (Foto: Rijkswaterstaat Zeeland)

    Landschappen van rivieren en kust

    De Romeinse geschiedschrijver Plinius de Oudere wist het al:


    “Tweemaal per dag overstroomt de oceaan een groot deel van hun gebied, zodat het niet goed uit te maken is of dit land tot de zee of tot het land gerekend moet worden. Daar probeert een armzalig volk in leven te blijven door huizen te bouwen op steile heuveltjes. Die heuveltjes zijn met handkracht opgeworpen tot een hoogte die net boven de hoogste vloed uitsteekt. Bij vloed lijken zij schipbreukelingen Zij leven van vis die zij met netten in het slijk vangen. Zij verwarmen hun verkleumde leden door modder te verbranden, die zij meer door de wind dan door de zon hebben laten drogen. Zij drinken niets dan regenwater, dat zij in een kuil voor hun woning bewaren.”

    Plinius schreef dat in 47 n.Chr. in zijn Naturalis Historia en wordt hier aangehaald in een schoolproject over terpen. Het citaat in Oogst van de landschappen van rivieren en kust is uitvoeriger en heeft een vervolg. De superieure en cynische Romein Plinius begrijpt er namelijk niks van:

    “En deze volkeren spreken van slavernij als ze vandaag de dag door het Romeinse volk overwonnen worden! Zo gaat het inderdaad: het lot laat veel mensen in leven om ze te straffen…”
    Die overwinning lukte dan ook niet. De Romeinen trokken zich hetzelfde jaar 47 terug achter de Limes. Hilde Huizenga meldt:

    ‘De Romeinen hielden het noorden verder voor gezien, maar langs kust en rivieren zwoegde men voort. En zie nu het resultaat!’.

    De koningslinde van Sambeek (Noord-Brabant) is tussen de 350 en 500 jaar oud en daarmee een van de oudste bomen van Nederland.


    Duin, zeeklei of rivierklei


    Op de volgende 351 pagina’s blijkt dat het niet gemakkelijk was. De Vlaming De Laveleye schreef in 1867 dat in de Nederlanden aan alles gebrek was:

    “Men moest de grond scheppen, hem uit de wateren doen oprijzen en hem door ontzaglijke werken tegen de verschrikkelijke verwoestingen bevrijden. (…) Daar de grond overal, waar hij door water aangeraakt wordt, licht verweekt en wegspoelt, heeft men hem moeten aanhechten, bij middel van palen, teenwerk, takkebossen, kareelsteen en ander tuig.”

    Na een uitvoerige en kleurrijke beschrijving van het ontstaan en de geschiedenis van de duinen en de landschappen van zee- en rivierklei en de rol van het water – getijden, neerslag, overstromingen; en ook Zeeland had zijn terpen – wordt duidelijk dat langs zee en rivieren heel verschillende landschappen ontstonden, omdat de geologische omstandigheden zo heel verschillend waren. Ze boden dan ook heel verschillende mogelijkheden van bestaan: akkerbouw, tuinbouw, teelt van fruit, bollen, hout en vee, visserij, jacht en grondstoffenwinning.
    Terugkerend element in elk deel is ’Wat kan ik doen in mijn gebied’. Daarin blijkt steeds hoe enorm verschillend de landschappen zich per grondsoort in ons land ontwikkeld hebben en waarom de landschapselementen op zand en veen zo verschillen van die langs de kust en langs de rivieren. Zo is de Hofvijver in Den Haag een aan de Fransen ontleende spiegelvijver, aan het eind van een zichtas met extra vergrotend effect; tot in de negentiende eeuw stonden ook aan het Buitenhof huizen in het water. Oorspronkelijk was het een duinmeer, dat door graaf Albrecht van Beieren in de veertiende eeuw rechthoekig werd gemaakt. En in de duinen staan hier en daar solitaire lage, grillig gevormde zwarte- en zeedennen die spontaan zijn opgekomen en hun grillige vorm danken aan de wind.

    ‘Zo’n vorm zelf kweken zou nooit lukken. (…) Maar ze sterven uit, tenzij wij af en toe zo’n solitaire den laten staan’.


    Laan met Douglassparren op de Veluwe. Ze werden voor het eerst in 1836 aangeplant. De rechte stammen werden vroeger vaak voor telefoonpalen en masten gebruikt, maar niet op zeeschepen, want ze kunnen niet tegen zout.

    Zandgronden


    ‘Sinds ongeveer 1850 zijn de omstandigheden van de gemengde bedrijven op de Nederlandse zandgronden steeds meer op elkaar gaan lijken’, constateert Hilde Huizenga in Oogst van de zandgronden. Dat kwam volgens haar ‘vooral door de opkomst van kunstmest, waardoor eigenlijk alle teelten overal mogelijk werden’.

    “Inmiddels staan er villa’s op het platteland, het graan is op de zandgronden grotendeels verdwenen, er staat nu maïs. Maar houtwallen, heggen en akkerranden worden weer gewaardeerd. En het is de grotere grondeigenaren weer mogelijk een landgoed te maken met veel beplanting. Langzamerhand komen ook de lanen, de speciale bosjes en praktische bomen, de boomgaarden en gevarieerde tuinen weer terug. En daarmee wordt het platteland ook weer aantrekkelijk voor dieren en planten die we jarenlang niet hebben gezien.”

    En daarop volgt weer het uitvoerige en per onderwerp gedetailleerde hoofdstuk ‘Wat kan ik doen in mijn gebied’, met praktische tips en suggesties om de typische landschappen van de zandgronden te (onder)houden.



    Oude eikenstrubben op de Loonse en Drunense Duinen (Brabant). Huizenga geeft aanwijzingen om te voorkomen dat ze afsterven. (Foto: Bert Maes)

    Krijtlandschap


    Het wel en wee van het krijtlandschap is een typisch Limburgs onderwerp. Nergens anders in Nederland dan daar zijn, zoals Hilde Huizenga stelt in haar vierde deel, ‘nog sporen te zien van de tijd dat ons land ter hoogte van Suriname lag’.

    Dat vereist enige uitleg. De oudste gesteentelagen maakten in de loop van het bestaan van onze aardbol een reis over de globe. Driehonderd miljoen jaar geleden stonden ze, ongeveer op de huidige plaats, bloot aan klamme tropische klimaten, striemende poolwoestijnen en heldere koraalzeeën. Honderd miljoen jaar geleden was Zuid-Limburg een ondiepe zee. Miljoenen jaren achtereen zouden daarin schelpdieren leven en overlijden en ontstond in feite één groot kerkhof van zeefauna met een kalkskelet, die uiteindelijk samen hier en daar een tweehonderd meter dikke krijtlaag gingen vormen in Zuid-Limburg, maar ook elders in ons land. Noord-Nederland heeft kalklagen van anderhalve kilometer dik! Maar de Limburgse krijtlaag is jonger en ligt aan de oppervlakte. De krijtlaag loopt door tot ver in Engeland en Duitsland.


    Markeringseik op het landgoed Twickel bij Azelo. Zulke bomen of boomgroepjes werden vroeger in het landschap gelegd zodat de reiziger wist waar hij zich bevond. (Foto: Peredour)


    Unieke ontwikkeling

    Daardoor zijn de landschappen van met name Zuid-Limburg uniek in Nederland. In Oogst van het Krijtlandschap komen dan ook veel onderwerpen aan de orde die in de andere gebieden niet voorkomen. Uiteraard besteedt het boek ruime aandacht die aan Limburgse ‘eigenaardigheden’. Vandaar de beschrijving van groeveteelten, kloostertuinen en ‘religieuze routes’ langs kruisen, kapellen en heiligenbeelden. Ook de talloze wegen in Zuid-Limburg met baken- of markeringsbomen zijn opvallend. ‘Meibomen’ zijn losse lange sparren waarvan alleen de zijtakken bovenin nog aan de stam zitten. Ze werden rond 1 mei in veel Zuid-Limburgse dorpen neergezet als vruchtbaarheidsritueel, wat na de Reformatie lange tijd verboden werd. Maar er bleek geen kruid tegen gewassen, ze werden illegaal neergezet, want men geloofde dat ze geluk en voorspoed zouden brengen.

    En dan zijn er (niet alleen) in Limburg veel ‘gedenkbomen’ te vinden, meestal lindes, essen of witte kastanjes omgeven door een hekwerk, vanwege geboorte, dood of de kroning van een lid van ons koningshuis.


    Voormalig galgenveld bij Margraten (Limburg), tot 1795 een gebruikelijke executieplaats buiten de stadspoorten.

    Oeroud genenmateriaal

    Ook zijn in Limburg nog duidelijke overblijfselen te vinden van oude wallen, holle wegen en singels. Huizenga pleit hartstochtelijk voor goed beheer: ze zijn Limburgs erfgoed.

    “Oude wallen, graften, holle wegen en singels bevatten vaak oeroud genenmateriaal en geven dus een beeld van de echte Zuid-Limburgse soorten. Nieuwe planten kocht of haalde men immers tot halverwege de twintigste eeuw overwegend uit eigen streek.
    Maar hoe belangrijk is dat oude genenmateriaal nu? We hebben immers andere en ook mooie cultivars ontwikkeld. Een beetje variatie is ook mooi.
    De kwestie is echter dat de oude rassen cultuurhistorisch erfgoed zijn. Ze zijn beeldbepalend. Bovendien zijn ze sterk en geven ze goed hout. Tegenwoordig wordt gekweekt op vroege bloei en vrucht, op snelle groei en een niet al te lang leven. Het zijn vaak zwakke broeders, die nieuwe cultivars.”

    ~ André Horlings

    Alle delen uit de serie Oogst van de Landschappen



    Wake up and smell the coffee.


  5. #5
    Veteran Member The Lawspeaker's Avatar
    Join Date
    Feb 2009
    Last Online
    11-05-2023 @ 04:45 AM
    Meta-Ethnicity
    Celto-Germanic
    Ethnicity
    Dutch
    Ancestry
    Brabant, Holland, Guelders and some Hainaut.
    Country
    Netherlands
    Politics
    Norway Deal-NEXIT, Dutch Realm Atlanticist, Habsburg Legitimist
    Religion
    Sedevacantist
    Relationship Status
    Engaged
    Age
    36
    Gender
    Posts
    70,127
    Thumbs Up
    Received: 34,729
    Given: 61,129

    1 Not allowed!

    Default Nederland en de leugens van de energietransitie


    A visit to one of 51 FastNed solar-roofed rapid charge stations in the Netherlands. They have always charged a fee to use this system. This episode was recorded just after the EU referendum and just before the UK Ecotricity 'charge to charge' announcement.

    Although we've previously covered the Fastned Network in the Netherlands, they are moving ahead with the technology (175 kilowatt chargers) and the area they cover. There are Fastned charging stations opening soon in Newcastle and Sunderland in the UK. And they look wonderful and are easy to spot as you drive along.



    Wake up and smell the coffee.


  6. #6
    Veteran Member The Lawspeaker's Avatar
    Join Date
    Feb 2009
    Last Online
    11-05-2023 @ 04:45 AM
    Meta-Ethnicity
    Celto-Germanic
    Ethnicity
    Dutch
    Ancestry
    Brabant, Holland, Guelders and some Hainaut.
    Country
    Netherlands
    Politics
    Norway Deal-NEXIT, Dutch Realm Atlanticist, Habsburg Legitimist
    Religion
    Sedevacantist
    Relationship Status
    Engaged
    Age
    36
    Gender
    Posts
    70,127
    Thumbs Up
    Received: 34,729
    Given: 61,129

    0 Not allowed!

    Default Ook in Nederland vindt ontbossing plaats



    Ook in Nederland vindt ontbossing plaats

    Wageningen Environmental Research

    21-SEP-2017 - Een recente analyse van het Nederlandse bosareaal op basis van topografische kaarten en luchtfoto’s laat zien dat de oppervlakte bos in Nederland sinds 2013 jaarlijks met 1350 hectare is afgenomen. Per jaar is gemiddeld 3036 hectare bos verdwenen, wat slechts deels gecompenseerd wordt door de jaarlijkse aanplant van 1686 hectare nieuw bos elders.

    Waar de opname van het broeikasgas CO2 in bossen wereldwijd een belangrijke rol speelt in het tegengaan van klimaatverandering, draagt ontbossing juist bij aan emissies van dit broeikasgas. Als partij in het VN-klimaatverdrag en het Kyoto Protocol moet Nederland jaarlijks zijn uitstoot en vastlegging van broeikasgassen rapporteren waarmee de voortgang van de afspraken kan worden gevolgd.



    Luchtfoto uit 2011 (Bron: Wageningen Environmental Research (Alterra))

    Tussen 1990 en 2013 nam het bosareaal in Nederland toe van 362.046 naar 375.679 hectare. In die periode werd ontbossing op de ene plek nog gecompenseerd door bebossing elders. Na 2013 is de oppervlakte bos afgenomen naar ruim 364 duizend hectare in 2017. Er verdween ongeveer 20 duizend hectare bos en er werd ongeveer negenduizend hectare nieuw bos elders aangeplant. Dit werd vastgesteld aan de hand van topografische kaarten. Een controle met behulp van luchtfoto’s liet echter zien dat op ruim 12 duizend hectare daadwerkelijk omvorming van bos naar ander landgebruik had plaatsgevonden. Het overige oppervlak bestond uit mogelijke kap- en verjongingsvlakten of uit gronden die eerder een andere bestemming hadden. “Alles bij elkaar komen we tot de conclusie dat tussen 2013 en 2017 de Nederlandse bosoppervlakte netto met zo’n 5400 hectare is afgenomen, dat is gemiddeld 1350 hectare per jaar,” zegt bosbouwkundig onderzoeker Eric Arets van Wageningen Environmental Research (Alterra).


    Verschillende verklaringen

    Voor de netto afname van het bosoppervlak zijn verschillende verklaringen. Zo wordt er sinds een jaar of tien bos omgevormd om ruimte te bieden aan andere vormen van natuur, zoals heidecorridors en zandverstuivingen. Verder blijken er opvallend veel relatief grote percelen bos in de provincies Drenthe en Groningen te verdwijnen. Dit lijkt een effect van subsidieregelingen uit de jaren ‘80 voor het aanplanten van tijdelijk bos op landbouwpercelen met snelgroeiende soorten om enerzijds te voorzien in de indertijd verwachte tekorten aan hout en anderzijds om grond uit landbouwproductie te nemen en zo overproductie in de landbouw te beperken. Veel van deze tijdelijke bossen hebben het einde van de subsidieperiode bereikt en worden nu geoogst en weer in gebruik genomen als landbouwgrond. Verder is in een land als Nederland omzetting naar bebouwd gebied en infrastructuur een belangrijke ontbossingsfactor. In de regel moeten deze oppervlakten echter wel gecompenseerd worden met de aanleg van nieuw bos elders.



    Dwingelderveld, Drenthe (Bron: Hans Dekker

    )
    Dwingelderveld, Drenthe (Bron: Marijke Verhagen)

    Bij het bepalen van het klimaateffect zijn de bruto ontbossingscijfers van belang. Bij ontbossing komt de koolstof die is opgeslagen in de boombiomassa en het strooisel in één keer vrij en zorgt gemiddeld voor een emissie van 499 ton CO2 per hectare, terwijl na aanplant van nieuw bos de vastlegging zo’n 40 keer langzamer gaat.


    Nog weinig aandacht voor klimaatconsequenties
    Het onderzoek laat zien dat de dynamiek in het Nederlandse bosareaal hoog is. Waar in het verleden relatief hoge bruto ontbossingscijfers nog werden gecompenseerd door aanplant van nieuw bos elders is tussen 2013 en 2017 meer bos verdwenen dan elders nieuw aangeplant is, waardoor de oppervlakte bos in Nederland afgenomen is. Voor de omvorming van bos naar andere natuur verlenen provincies op basis van de nieuwe Wet Natuurbescherming waarschijnlijk grotendeels vrijstelling van de herplantplicht. Deze ontheffing kan worden gegeven in het kader van instandhouding van Natura 2000, maar ook bij een aantal infrastructurele activiteiten. De mogelijke klimaatconsequenties van omvorming van bos lijken daarbij nog weinig aandacht te krijgen. Daarnaast hebben de subsidieregelingen voor de aanplant van tijdelijk bos inderdaad geleid tot een tijdelijke toename in het bosareaal, maar is het aflopen van de regelingen nu ook verantwoordelijk voor een deel van de netto afname.

    Eric Arets: “Ons onderzoek laat zien dat ontbossing ook een factor is om vanuit klimaatperspectief rekening mee te houden en dat ontbossing niet iets is dat alleen in tropische landen plaatsvindt. In het Klimaatakkoord van Parijs zijn ambitieuze doelstellingen geformuleerd. Vanuit dat perspectief zijn bijvoorbeeld de doelstellingen voor aanplant van bos zoals die zijn geformuleerd in het Actieplan Bos en Hout onmisbaar. Maar ook het tegengaan van ontbossing zou een belangrijke plaats in moeten nemen in het beleid.”


    Meer informatie


    Tekst: Eric Arets, Wageningen Environmental Research (Alterra)
    Foto's: Hans Dekker, Saxifraga; Wageningen Environmental Research (Alterra); Marijke Verhagen, Saxifraga



    Wake up and smell the coffee.


  7. #7
    Veteran Member The Lawspeaker's Avatar
    Join Date
    Feb 2009
    Last Online
    11-05-2023 @ 04:45 AM
    Meta-Ethnicity
    Celto-Germanic
    Ethnicity
    Dutch
    Ancestry
    Brabant, Holland, Guelders and some Hainaut.
    Country
    Netherlands
    Politics
    Norway Deal-NEXIT, Dutch Realm Atlanticist, Habsburg Legitimist
    Religion
    Sedevacantist
    Relationship Status
    Engaged
    Age
    36
    Gender
    Posts
    70,127
    Thumbs Up
    Received: 34,729
    Given: 61,129

    0 Not allowed!

    Default

    Totale oppervlakte aan bos in Nederland blijf teruglopen

    Het totale oppervlakte aan bos in Nederland is sinds 2013 jaarlijks met 1350 hectare afgenomen. De aanplant van nieuwe bomen weegt niet op tegen de hoeveelheid bos die wordt gekapt.

    Per jaar verdwijnt er 3036 hectare bos en er wordt 1686 hectare aan nieuw bos aangeplant. Dat meldt de site NatureToday donderdag. Bossen spelen een grote rol in het tegengaan van klimaatverandering doordat ze CO2 opnemen.

    Tussen 1990 en 2013 nam de hoeveelheid bos toe van 362.000 hectare naar ruim 375.000 hectare. Toen werd ontbossing op de ene plek nog gecompenseerd door bebossing ergens anders.

    Vanaf 2013 is het aantal hectare bos afgenomen tot 364.000, bijna net zoveel als in 1990. Er verdween ongeveer 20.000 hectare bos en er werd ongeveer 9.000 hectare nieuw bos elders aangeplant.

    Die netto-afname komt onder meer doordat bos wordt omgevormd naar andere vormen van natuur, zoals zandverstuivingen. Verder is bebouwing een belangrijke factor.

    De analyse is gemaakt door onderzoekers van Wageningen Environmental Research.



    Wake up and smell the coffee.


  8. #8
    Veteran Member The Lawspeaker's Avatar
    Join Date
    Feb 2009
    Last Online
    11-05-2023 @ 04:45 AM
    Meta-Ethnicity
    Celto-Germanic
    Ethnicity
    Dutch
    Ancestry
    Brabant, Holland, Guelders and some Hainaut.
    Country
    Netherlands
    Politics
    Norway Deal-NEXIT, Dutch Realm Atlanticist, Habsburg Legitimist
    Religion
    Sedevacantist
    Relationship Status
    Engaged
    Age
    36
    Gender
    Posts
    70,127
    Thumbs Up
    Received: 34,729
    Given: 61,129

    0 Not allowed!

    Default In Gelderland merken ze: energiebedrijven hebben landhonger om zonnepanelen

    In Gelderland merken ze: energiebedrijven hebben landhonger om zonnepanelen


    Twee jaar geleden werd boer Nico Hopman uit het Gelderse Wijchen benaderd door een Duits bedrijf: of hij een paar hectare van zijn bouwland wilde verhuren voor de ontwikkeling van een zonnepark. Er meldden zich al snel nog vijf andere energiebedrijven met hetzelfde aanbod.

    Landbouwgrond is in trek en Hopman snapt wel waarom: "Je kunt in één keer veel meters maken. Het bouwen en onderhouden van zo'n park is veel makkelijker dan wanneer het op een heleboel daken van bedrijfspanden ligt. Bovendien heb je meestal met maar één eigenaar te maken."

    10.000 euro per hectare
    Het stuk land van Hopman waar mogelijk binnenkort een zonnepark komt, is vorig najaar ingezaaid met gras. Het ziet er nogal troosteloos uit. Achter een bomenrij zie je de bebouwing van Nijmegen. Als het gras alsnog gaat groeien, levert het zo'n 5000 euro op per hectare (100x100 meter). Het energiebedrijf betaalt Hopman het dubbele voor het gebruik van zijn grond. En daar hoeft hij dan ook nog eens niets voor te doen.


    Boer Nico Hopman bij het perceel waar het moet gaan gebeuren NOS



    Hopman verkoopt binnenkort niet alleen kaas, maar misschien ook energie NOS

    Martien Nillesen van landbouworganisatie LTO maakt zich zorgen over de 'landhonger' van al die energiebedrijven. "Het is eigenlijk heel erg zonde dat deze goede landbouwgrond op deze manier gebruikt gaat worden. De grote vraag naar land heeft ook nog eens een prijsopdrijvend effect. Dat is heel erg lastig voor beginnende boeren of voor bedrijven die willen uitbreiden."

    Verkiezingsthema
    Veel partijen die meedoen aan de Provinciale Staten-verkiezingen in Gelderland vinden dat je landbouwgrond pas in laatste instantie mag inzetten voor de productie van duurzame energie.

    GroenLinks ziet dat anders: vroeger was het noodzakelijk dat er op landbouwgrond huizen en bedrijven werden gebouwd, nu hebben we dringend behoefte aan zonne-energie. D66 vindt dat boeren naast tarwe en maïs ook "gemakkelijker de zon moeten kunnen oogsten", op voorwaarde dat de zonnepanelen goed ingepast zijn in het landschap.

    Frictie met omwonenden
    De snelle groei van het aantal zonneparken leidt al op allerlei plekken tot frictie met omwonenden. Nico van der Horst heeft als vicevoorzitter van de dorpsraad van Wenum-Wiesel te maken met de plannen voor een zonnepark even buiten Apeldoorn. "Wat ons stoort is dat je er uiteindelijk niks over te zeggen hebt. Het is een soort schijninspraak. En wat ons ook steekt is dat eigenlijk iedereen eraan verdient, behalve de inwoners van Wenum-Wiesel."



    Nico van der Horst van de dorpsraad Wenum-Wiesel NOS

    De partijen die volgens Van der Horst wel van de aanleg profiteren zijn de eigenaar van de grond (pikant genoeg is dat het koningshuis, aangezien dit perceel onderdeel is van de Kroondomeinen), een kantoor aan de Zuidas dat het papierwerk voor zijn rekening neemt, een Noorse energiemaatschappij en Nuon, dat de groene stroom duurder kan verkopen.

    Gelderland fossielvrij
    Gelderland wil in 2050 van fossiele brandstoffen af zijn. Een pittige opgave, vooral als je bedenkt dat de rol van de provincie beperkt is. Bij de aanleg van zonneparken bijvoorbeeld gaat de gemeente over het verlenen van de vergunning.

    Petra Sauerbren van de Gelderse Natuur- en Milieufederatie (GNMF) wil dat de provincie Gelderland meer regie neemt. "Er gebeurt buiten heel veel en voor je het weet zitten we opgescheept met situaties waar we voor 25 of 30 jaar aan vastzitten, want zo lang is de afschrijvingstermijn van zo'n zonnepark. De provincie zou wat ons betreft aan gemeenten moeten opleggen dat zij hun beleid baseren op een duidelijke visie en dat ze niet in zee gaan met de eerste de beste investeerder die langskomt."



    Wake up and smell the coffee.


  9. #9
    Veteran Member The Lawspeaker's Avatar
    Join Date
    Feb 2009
    Last Online
    11-05-2023 @ 04:45 AM
    Meta-Ethnicity
    Celto-Germanic
    Ethnicity
    Dutch
    Ancestry
    Brabant, Holland, Guelders and some Hainaut.
    Country
    Netherlands
    Politics
    Norway Deal-NEXIT, Dutch Realm Atlanticist, Habsburg Legitimist
    Religion
    Sedevacantist
    Relationship Status
    Engaged
    Age
    36
    Gender
    Posts
    70,127
    Thumbs Up
    Received: 34,729
    Given: 61,129

    0 Not allowed!

    Default Meer windmolens en zonneparken, maar alleen met steun van burgers

    Meer windmolens en zonneparken, maar alleen met steun van burgers


    Ooit was klimaatverandering een thema waar vooral de groene partijen hun verkiezingsprogramma's in sterke bewoordingen mee volschreven. Voor de Provinciale Statenverkiezingen is dat anders: zo zegt de SGP Gelderland dat Gelderland voorop moet lopen in de overgang naar duurzame energie en vindt het CDA Limburg dat er "harde en pijnlijke keuzes" gemaakt moeten worden. Bij de VVD Zuid-Holland is "duurzaam doorpakken" zelfs de titel van het verkiezingsprogramma.
    De verkiezingsprogramma's van de partijen die meedoen aan de verkiezingen van 20 maart staan bol van ambities om Nederland duurzamer te maken. Maar ondanks die enorme ambities, zijn maar weinig partijen enthousiast over nieuwe zonne- en windmolenparken op land.

    De NOS analyseerde 161 verkiezingsprogramma's van bijna alle landelijke en regionale partijen die meedoen aan de Provinciale Statenverkiezingen. Een derde van de partijen (55) is tegen nieuwe windparken op land. Ruim een kwart (46) is tegen het aanleggen van zonneparken op landbouwgrond. Voor de meeste andere partijen is er één belangrijke voorwaarde: zonder steun van de omgeving wordt er geen windmolen of zonnepark meer gebouwd.

    Ongebreidelde bouw
    Het meest helder zijn de PVV en Forum voor Democratie. Zij zien de hele energietransitie niet zitten en ageren in elk programma tegen windmolens en zonneakkers. Denk wil nergens windparken op land, maar spreekt zich niet uit over zonneparken. 50Plus lijkt niet te weten of ze voor of tegen de energietransitie zijn: terwijl de energieparagraaf van 50Plus in Groningen net zo goed van GroenLinks had kunnen zijn, is 50Plus in Zeeland tegen de "ongebreidelde bouw van windmolens" en ziet de partij in Limburg windmolens vooral als een "zwaar gesubsidieerde" vorm van energie.

    Daar tegenover staat de Partij voor de Dieren. De partij wil in alle provincies in 2030 klimaatneutraal zijn en schrijft in elk verkiezingsprogramma dat die provincie kampioen duurzame energie in Nederland moet worden. Zolang dieren en natuur er geen hinder van ondervinden, moeten er in alle provincies zonneparken en windmolens bijkomen, vindt de Partij voor de Dieren.


    Spagaat
    De rest van de partijen zitten bijna allemaal in dezelfde spagaat: ze willen hun provincie in enkele decennia energieneutraal maken (naast de Partij voor de Dieren nog eens in twaalf gevallen zelfs als "koploper" in Nederland), maar willen dat niet doen zonder de steun van de omwonenden van de te bouwen windmolens of zonneparken. Zonder "draagvlak van de omgeving" waarbij de "burger gaat meeprofiteren" gaat er geen windmolen of zonnepark meer gebouwd worden, zo lijkt het.

    De partijen zijn daarom vooral voorstander van energiemaatregelen waar weinig mensen last van hebben. Ze zijn voor windparken op zee en benadrukken dat zonnepanelen als eerste geplaatst moeten worden op daken van gebouwen en bij industrieterreinen. En ze pleiten in groten getale voor aardwarmte, waterstof of getijdenenergie als energievorm waarin geïnvesteerd moet worden.


    Windparken op land
    Het bouwen van windmolens op land ligt veel gevoeliger. Zelfs GroenLinks wil in Gelderland geen windmolens dichtbij woonwijken en in Groningen is de partij alleen voor grote zonneparken als 50 procent toebehoort aan de omwonenden.

    Behalve de verkiezingsprogramma's van de PVV en Forum voor Democratie zijn er nog 31 verkiezingsprogramma's van middenpartijen waarin nieuwe windparken op land helemaal worden uitgesloten. Bij de VVD is de helft van de provinciale afdelingen tegen. En ook in Friesland is de weerstand tegen windenergie groot. Een meerderheid van de partijen, waaronder D66 en CDA, wil geen nieuwe windparken op land.



    NOS

    In tientallen verkiezingsprogramma's, van de SP tot het CDA, worden energiecoöperaties aangedragen als de ultieme oplossing voor het creëren van draagvlak.Energiecoöperaties zijn initiatieven van burgers die samen besluiten ergens windmolens of zonnepanelen te plaatsen, en vaak ook profiteren van de opbrengsten. Zelfs de PVV Limburg wil geen enkele windmolen in Limburg erbij "met uitzondering van buurtgedragen coöperatieve initiatieven".


    Zonnepanelen op landbouwgrond
    Geen enkele partij is een groot voorstander van het gebruik van boerenland voor het plaatsen van zonnepanelen. Voor de partijen is het de laatste optie. In 22 verkiezingsprogramma's, naast die van de PVV en Forum voor Democratie, wordt het gebruik van landbouwgrond zelfs helemaal uitgesloten.
    Van alle middenpartijen is de weerstand tegen zonneparken bij 50Plus het grootst. Een meerderheid van de provinciale afdelingen van 50Plus sluit het gebruik van landbouwgrond uit. Als je kijkt naar de provincies valt Drenthe op: de helft van de partijen wil geen boerenland opofferen voor zonnepanelen.


    NOS



    Volgens Olof van der Gaag van de Nederlandse Vereniging van Duurzame Energie moeten er in de meeste provincies in Nederland wel windparken op land komen, om de afgesproken klimaatdoelstellingen te halen. "Windparken op land zijn nog altijd relatief goedkoper dan windparken op zee of kleinere windmolens. Ook leveren windmolens over de dag verdeeld gelijkmatiger stroom op dan zonnepanelen."

    Voor zonneparken geldt hetzelfde: "Er kunnen nog heel wat daken van grote bedrijfsgebouwen gevuld worden, maar parken op land zijn goedkoper. Het gaat steeds om een goede balans tussen de kosten, een gelijkmatige verdeling van stroom, en draagvlak."

    Wel vindt hij dat vaak zwaar wordt overdreven hoeveel windmolens er nodig zijn om de doelstelling te halen. "Wij schatten dat er ongeveer 500 windmolens bij moeten komen, waarvan een deel ook nog vervanging van oude windmolens is". Per provincie gaat dat dus ongeveer om 40 windmolens.



    Wake up and smell the coffee.


  10. #10
    Veteran Member The Lawspeaker's Avatar
    Join Date
    Feb 2009
    Last Online
    11-05-2023 @ 04:45 AM
    Meta-Ethnicity
    Celto-Germanic
    Ethnicity
    Dutch
    Ancestry
    Brabant, Holland, Guelders and some Hainaut.
    Country
    Netherlands
    Politics
    Norway Deal-NEXIT, Dutch Realm Atlanticist, Habsburg Legitimist
    Religion
    Sedevacantist
    Relationship Status
    Engaged
    Age
    36
    Gender
    Posts
    70,127
    Thumbs Up
    Received: 34,729
    Given: 61,129

    0 Not allowed!

    Default Nederland en de energietransitie


    Theo Wolters is een Delftse ingenieur met een eigen ontwerpbureau. Sinds jaar en dag probeert hij een steentje bij te dragen aan een duurzamere samenleving. Hij stond aanvankelijk helemaal achter het Kyoto-protocol, maar toen hij gevraagd werd een lezing over klimaatverandering te houden werd hij gaandeweg zijn research steeds sceptischer. In dit gesprek met wetenschapsjournalist Marcel Crok legt Wolters uit dat de drie redenen, die vaak gegeven worden, om de noodzaak van een versnelde energietransitie te onderbouwen, niet kloppen. De CO2-uitstoot is niet catastrofaal voor het klimaat en kan beter aangepakt worden met adaptatie. Fossiele brandstoffen raken nog lang niet op. Het derde argument is geopolitiek: we zouden voor onze energie niet afhankelijk moeten zijn van zogenoemde "schurkenstaten". Wolters benadrukt dat dergelijke staten voor hun inkomsten juist totaal afhankelijk zijn van ons. Wolters gaat in het gesprek ook in op het onderzoek waarmee hij al ruim twee jaar bezig is naar de kosten van het Energieakkoord. Dit akkoord, dat beoogt dat in 2023 16% van onze energie duurzaam opgewekt wordt, gaat volgens Wolters astronomische bedragen kosten. Kosten die voor een groot deel terecht komen bij de burger.

    Marcel Crok is wetenschapsjournalist en schreef het boek "De staat van het klimaat". Hij kreeg internationaal aandacht voor het bekritiseren van het inmiddels beruchte hockeystick grafiek. Sindsdien staat Crok bekend als klimaat scepticus, wat betekend dat hij niet voetstoots de conclusies aanneemt van de onderzoeken rondom klimaatverandering. Er worden vele miljarden aan subsidies in klimaat beleid gestoken waarvan de effecten onbewezen en naar grote waarschijnlijkheid nihil zijn. Geld gooien in een zwart gat terwijl de samenleving verarmd en de kwaliteit van zorg en onderwijs gemarginaliseerd wordt. Volgens Crok moet je dan wel wat meer en betere onderbouwing hebben over de te verwachte resultaten. Deze boodschap wordt niet door iedereen met instemming ontvangen want de economie rond de "klimaatindustrie" heeft een sterke, agressieve en politieke lobby ontwikkeld. Een reden voor Café Weltschmerz het tegengeluid van Crok kansen te geven. De centrale vraag daarbij is; wat weten we nu echt over het klimaat en in hoeverre is het effectief en zinvol om te dit beïnvloeden? Crok is daarover zowel sceptisch als zeer genuanceerd.

    De windenergie binnen het energie akkoord gaat ons minstens 53 miljard kosten zonder dat het milieu er veel mee opschiet. dat betekent; 500 Euro per jaar boven op onze energierekening! Dr. Fred Udo is gepromoveerd in de kernfysica aan de Universiteit van Amsterdam. Als senior onderzoeker heeft hij gewerkt aan grote experimenten opgesteld bij de versnellers van CERN in Geneve. Verder is hij buitengewoon hoogleraar experimentele elementaire deeltjes fysica aan de Vrije Universiteit van Brussel. Na zijn pensionering heeft hij gewerkt aan kritische analyses van windenergie. Een overzicht van zijn werk is gepubliceerd in Europhysics News en te vinden via: http://www.clepair.net/europhysics201... Op de website http://fredudo.home.xs4all.nl/Zwaaipa... staan veel publicaties over dit onderwerp. Over windenergie geeft hij lezingen, waaronder een in mei 2012 voor conservatieve leden van het Britse Lagerhuis en aansluitend voor de Engelse minister van Energie. (DECC) 25 jaar zeezeiler geweest met 4 oceaanoversteken en 22 trips langs de Europese kusten.

    Het klimaatbeleid zit vol met getuigenispolitiek en sentiment, zegt Syp Wynia - in dit interview met Coen de Jong. En de kosten voor de Nederlandse burgers, die blijken nog een stuk hoger dan Haagse planbureaus hebben berekend.

    Als we de klimaatdoelstellingen in 2030 willen halen, dan hebben we niet genoeg aan groene energie, stelt Maarten van Andel. Het lukt alleen als we kernenergie heroverwegen, fossiele brandstoffen slimmer gebruiken en bovendien inleveren op ons luxe leventje. Klimaatactivisten hebben windmolens en zonnepanelen heilig verklaard, maar alleen daarmee kunnen we het klimaat niet redden. Ons milieu is volgens Van Andel te belangrijk om over te laten aan dogmatische denkers die feiten en fictie niet uit elkaar houden. De groene illusie is een boek met kritische vragen en nuchtere feiten over zonnepanelen en kernenergie, elektrische auto's en aardolie. Een eye-opener voor iedereen die zich heeft laten overtuigen door de propaganda van klimaatactivisten en de groene industrie. En een wake-up call voor wie denkt dat de klimaatdoelen haalbaar zijn als we blijven autorijden, vliegen en shoppen. Maarten van Andel is directeur Toegepaste Natuurwetenschappen van de Fontys Hogeschool in Eindhoven.



    Wake up and smell the coffee.


Page 1 of 5 12345 LastLast

Thread Information

Users Browsing this Thread

There are currently 1 users browsing this thread. (0 members and 1 guests)

Similar Threads

  1. Replies: 0
    Last Post: 06-30-2019, 01:53 AM
  2. Replies: 0
    Last Post: 10-13-2018, 11:34 PM
  3. Meanwhile in Nederland
    By Vullkan in forum Netherlands - English Entries
    Replies: 1
    Last Post: 07-27-2015, 09:25 PM
  4. Groot-Nederland versus Heel-Nederland?
    By MarcvSS in forum Vlaanderen
    Replies: 1
    Last Post: 01-22-2015, 04:54 PM

Tags for this Thread

Bookmarks

Posting Permissions

  • You may not post new threads
  • You may not post replies
  • You may not post attachments
  • You may not edit your posts
  •