Verdriet in Antwerpen: 'Het ontbreekt België aan een geavanceerd tbs-systeem'

Het Belgische justitiële systeem heeft een hiaat in de wet waardoor mensen die zijn veroordeeld voor een zedendelict hun hoger beroep op vrije voeten mogen afwachten, ook al is er een risico van recidive. Dat zegt Christine Mussche, een Vlaamse advocaat gespecialiseerd in zedenmisdrijven.

"Het systeem in België maakt geen observatiestelling mogelijk. Dat is het grote verschil met het geavanceerde tbs-systeem in Nederland. Er bestaat een wet om die observatiestelling mogelijk te maken, maar die is uitgesteld tot 2020", zegt Mussche.

Uit de massale opkomst bij de stille tocht vandaag in Antwerpen blijkt dat veel Belgen zijn aangedaan door de moord op Julie van Espen. De studente werd vorig weekend omgebracht toen zij op haar fiets op weg was naar een afspraak in Antwerpen. Haar lichaam werd afgelopen maandag gevonden in het Albertkanaal in Antwerpen.

De Belgische politie heeft de 39-jarige Steve B. opgepakt, die de moord direct heeft bekend. Hij zou voor de moord geprobeerd hebben Julie te verkrachten. Volgens een oom van de verdachte is Steve B. als kind seksueel misbruikt door een familielid.

B. was op vrije voeten, in afwachting van een hoger beroep voor verkrachting. "In dit specifieke geval heeft de rechter juist geoordeeld. Als het verzoek komt om onmiddellijke aanhouding kan de rechter slechts één criterium hanteren, dat van onttrekkingsgevaar (vluchten)", zegt Mussche.

"Een ander criterium zou evident ook het recidivegevaar moeten kunnen zijn. Dat de rechter dit criterium niet kon gebruiken, dat is een hiaat in de wet, en dat zou makkelijk op te lossen moeten zijn."

Voorkomen
Steve B. moest zich regelmatig melden, bijvoorbeeld bij de rechtbank, zegt Mussche. "Als hij dat ook heeft gedaan, had de rechter geen reden om te denken dat hij zich zou onttrekken. De rechter heeft dat in dit geval dan correct getoetst. Maar het is onaanvaardbaar dat deze man niet is doorgelicht. Dat is noodzakelijk voor een rechter om de kans op recidive te kunnen inschatten."

Belgische media melden dat is gebleken dat Steve B. zich na zijn eerste veroordeling drie keer onttrokken heeft aan zijn straf. "Telkens bleef hij weg na een uitgaansvergunning. Een keer duurde zijn vlucht zeven maanden", schrijft Het Nieuwsblad.

Mussche: "Dit is een structureel probleem in België. Als zoiets zich voordoet zou dat in het dossier moeten zitten. Je kan het hem, de rechter, niet kwalijk nemen. Je mag wel verwachten van het systeem dat we alles in werking stellen om dit te voorkomen, en dat is in dit geval niet gebeurd."

Mussche brgijpt de woede in België, maar ziet repressie niet als antwoord. "Als we zien dat wetenschappelijke studies uitwijzen dat behandelen werkt, dan ligt het voor de hand om daar naar te kijken. De roep om repressie is nooit zo luid geweest terwijl de juiste oplossing is minder repressie, en men wil dat maar niet horen.
Op dat vlak is Nederland volgens de advocaat een goed voorbeeld. "In België hebben we drie tot vier maal meer recidive dan in Nederland."

Kennis
Mussche vindt het systeem in Nederland op meerdere vlakken een goed voorbeeld. "Zorgen dat er doorstroom is van essentiële informatie, het inrichten van een observatie-instituut zoals het Pieter Baan Centrum en dan kunnen afwegen: is er een kans op succes in de behandeling?"

"Want daar moeten we eerlijk in zijn, dat is niet altijd zo. We moeten dan ook de beslissing kunnen nemen dat iemand beter in de gevangenis blijft. Meer kennis van de psychiatrie hebben we nodig en daarin is Nederland een gidsland: wij kijken met grote ogen naar Nederland. Maar feilloos zal het natuurlijk nooit worden."