DEN HAAG - Een nota over de leefwereld en leefstijl van jongeren kun je het best presenteren aan de jongeren zelf. In een afgeladen zaal in perscentrum Nieuwspoort voelden vele redacteuren van schoolkranten minister André Rouvoet (Jeugd en Gezin) aan de tand over zijn nieuwe nota.

Een uur voor de persconferentie hadden de jeugdige schoolkrantredacteuren een embargo-exemplaar gekregen om zich te kunnen voorbereiden. In de inleiding konden ze deze zin lezen: ,,De adolescentie is een transitiefase tussen kindertijd en volwassenheid...''. Vraag van een schoolkrantmaker: ,,Uw nota is niet echt kindvriendelijk, er staan vele moeilijke woorden in.'' Rouvoet kan niet anders dan hem gelijk geven, al is de nota in eerste instantie bedoeld voor de Tweede Kamer. ,,Misschien moeten we nog een vertaalslag maken speciaal voor kinderen. Let op de website'', zegt hij toe.

De titel die Rouvoet voor zijn nota verzonnen heeft, is meteen een programma: Onze jeugd van tegenwoordig . Hij zet zich af tegen de aloude klacht dat 'de' jeugd niet wil deugen. Die benadering leidt tot hoofdschudden of tot een keiharde aanpak. ,,Beide vind ik onjuist omdat ze getuigen van desinteresse en onverschilligheid.'' Rouvoet heeft met zijn nota - die deels is voorbereid door in debat te gaan met jongeren - willen beschrijven wat er bij de jeugd omgaat. Het woordje 'onze' duidt op betrokkenheid van opvoeders en leerkrachten bij de jongeren.

De minister citeert met instemming rockzanger Bono van U2, die ooit zei dat liefde niet het tegenovergestelde is van haat, maar van onverschilligheid. ,,Echte belangstelling helpt jongeren verder'', houdt de minister de zaal vol schrijvende en fotograferende redacteuren voor.

Jongeren hebben er baat bij als ouderen hun levenswijsheid gebruiken om hun kinderen wijs te laten worden. ,,Jullie kunnen zelf ook iets bijdragen door respect te hebben voor het gezag en de wijsheid van ouderen.''
De nota biedt ook de laatste stand van zaken in opvoedingsland. Aan de hand van een vraag van een scholier van het Kijkduin-College, of jongeren niet zelf in staat zijn grenzen te stellen en dingen te leren ontdekken, antwoordt de minister dat dat vaak het geval is. ,,Maar soms hebben jongeren ook sturing nodig en dat begint bij het elkaar begrijpen over en weer.'' De kunst van het opvoeden en opgroeien is dat proces in goede banen te leiden.


Opvoedstijlen
Na dat antwoord geeft Rouvoet een mini-college over opvoedingsstijlen. De jaren vijftig van de vorige eeuw werden gekenmerkt door de autoritaire stijl van opvoeden. 'Waarom mag dat niet? Daarom', luidde het antwoord waarop het opvoeddebat in het gezin ten einde was. In reactie daarop ontstond het 'onderhandelingshuishouden' dat jongeren erg veel vrijheid bood. Pedagogen benadrukken tegenwoordig dat zowel ouders als jongeren meer kader en structuur nodig hebben. Die stijl kenmerkt zich door ,,een warme sfeer, veel praten met kinderen en duidelijke, niet te lage eisen stellen''. Het is, in jargon, de 'autoritatieve opvoedstijl'.

Tijdens de presentatie kondigde Rouvoet aan dat hij drie keer zes miljoen euro ter beschikking stelt van projecten in wijken om de betrokkenheid tussen ouderen en jongeren te bevorderen. Het gaat om vrijwillige inzet van mensen om sociale netwerken in wijken en buurten te versterken. Met dat plan wordt een motie van ChristenUnie-Kamerlid Arie Slob van een uitwerking voorzien.

Leon van het Montessori-College uit Rotterdam meldt de minister alvast dat hij helemaal geen tijd heeft voor vrijwilligerswerk. Rouvoet: ,,We verplichten niemand, we horen alleen vaak dat er behoefte is dat kinderen samen met coaches aan de slag gaan.''

Een leerling van de Guido de Brčs scholengemeenschap in Amersfoort confronteert de minister met de kritiek dat 'zijn' Centra voor Jeugd en Gezin de zoveelste bureaucratische instelling worden. De bewindsman geeft geen krimp en zegt: ,,Ik herken deze vraag, maar er komt geen nieuwe club bij. We brengen alleen de bestaande en versnipperde initiatieven bij elkaar in de gemeente.''


Alcoholgebruik
Een andere scholier vraagt hoe je het gedrag rond alcoholgebruik kunt veranderen. Rouvoet geeft aan wat het moeilijkste is bij dit onderwerp. Je kunt van alles verbieden, maar als ouders thuis blijven volhouden dat een biertje onder hun begeleiding geen kwaad kan, is er een probleem. Het is namelijk in het eigenbelang van het kind om dat biertje niet te drinken, omdat de hersenen nog niet zijn volgroeid. ,,De kater verdwijnt wel weer, maar de hersenbeschadiging niet.'' Rouvoet presenteert nota over jongeren aan zaal vol schoolkrantredacteuren